Het duizelt me weleens als ik mijn eigen blogs lees. Mede daarvoor heb ik deze serie opgezet, die alweer een tijdje gaande is. Zojuist las ik de vorige blog waarin ik mezelf afficheerde als schrijver die iets stuurt. Mooi is dat Martien weer reageerde, zoals zo vaak, en daarmee zijn zegen geeft over mij als schrijver. Hij zegt het ook nog eens nadrukkelijk erbij. Ik ben een schrijver. En daarna ga ik pas kijken voor wie eigenlijk. Het voelt zeker ook een beetje alsof Martien me op de vingers tikt. Ik zie mijn adressant als iets secundairs, en de humanist herinnert me eraan dat hij er ook nog is, en wellicht wil hij niet gezien worden als iets secundairs. Dat zou ook niet passen bij het humanisme, er zijn dacht ik geen secundaire mensen.
Nu lees ik mijn zojuist geschreven alinea weer door en zie dat ik mezelf nu afficheer als lezer. Laten we dus vaststellen dat Martien me heeft weten te overtuigen. De lezer doet ertoe, en waarom zou ik dan niet de overgang voltrekken van schrijver naar lezer? Goed, zie hier, alsjeblieft, de schrijver is lezer geworden.
Nee, alle gekkigheid op een stokje, de aanleiding tot deze blog was de reële ervaring dat het me écht duizelde toen ik een blog van mezelf las, in de serie Ideeën. Een paar dagen geleden had ik een leuk gesprek met mijn collega Nederlands, die me vertelde over het vwo-examen Nederlands, waarin zowat alle teksten over filosofie gingen. Er ontspon zich een leuk gesprek over taalfilosofie, en ik ging het in een blog meteen analyseren en verbinden met de mij halfvertrouwde denkwegen van Plato en Agamben. Toen ik een paar eerdere blogs over die materie las schrok ik een beetje. En toen ik een dag later de personeelskamer binnenliep was mijn collega juist een van die blogs aan het lezen, en hij kon het niet meer volgen. Het begin nog wel een beetje, maar op een of andere manier ontsporen mijn blogs daarna.
Dit dwingt me tot een verklaring, een 'verklaarme'. Verklaarme in de zin van een vraag aan de lezer of hij me - expliciet of impliciet, kan ook - kan bijlichten over mijn duisterheid, de duizeling, de ontsporing. Nu, dat heeft mijn collega gedaan, en voor hem had ik dat zelf gedaan, in mijn rol als lezer, lezer van mijn eigen blogs. Ik heb me verklaard als lezer van mezelf, en als degene die me heeft duidelijk gemaakt dat mijn blogs duizelingwekkend zijn. Ik verander langzaam van schrijver in lezer, ik bevind me in een proces. Ik leg een verklaring af. De schrijver legt een verklaring af aan de lezer. Ook en misschien vooral aan de lezer die zei dat ik toch echt een schrijver was.
Vandaag heb ik een wandeling gemaakt. Dat doe ik wel vaker, vooral op vrijdag als ik de kans krijg. Toen schoot me te binnen dat het duizelingwekkende effect van mijn blogtaal gezien kan worden als recapitulatie-effect. Daarmee bedoel ik dat ik heel kort van alles herhaal wat deze of gene heeft gezegd, ook een filosoof, of een schrijver, of een lezer. Dat doe ik heel kort omdat ik heel snel wil doorstoten naar de volgende stap. Ik herneem van alles en nog wat. Maar dus heel kort, het zijn kleine recapitulaties, samenvattinkjes. Ze kunnen altijd weer worden uitgeplooid, en met linkjes verwijs ik naar andere teksten, andere blogs, andere recapitulaties.
Dat klinkt excentriek. Maar zo excentriek is het misschien ook weer niet. Ik ben van plan om deze blog te posten op LinkedIn. Daar zijn de meeste uitingen ook ultrakort. Zo van 'Gefeliciteerd, je hebt het heel goed gedaan!' Deze uitingen zou je ook kunnen opvatten als recapitulaties, ultrakorte samenvattingen van het hele proces dat mensen hebben doorgemaakt met de gefeliciteerde in kwestie. Hoe je het ook keert of draait, er zijn altijd processen gaande, die altijd lang duren, met veel documenten en veel stappen. Maar wat ons vooral interesseert is de volgende stap. De felicitatie kun je zien als de stap die volgt op het proces, zoals bijvoorbeeld ook de uitspraak van een rechter, het vonnis. Een felicitatie is vaak ook een inluiding, de eerste stap die het vervolg aankondigt of dus zelfs inluidt van de nieuwe fase van de gefeliciteerde.
Zo bezien past de recapitulatie in het sociale netwerk waarin ik me met mijn blogs begeef. Het verschil is waarschijnlijk dat ik soms zinnen formuleer, zeker als ik lange teksten becommentarieer, die allemaal recapitulaties zijn. Er ontstaat door die ophoping van recapitulaties zoiets als een kortsluitingseffect. Je herneemt alle vorige stappen zo'n beetje zoals een verspringer die heel snel zijn stappen zet om zijn afzet te versterken en extra ver te springen. Het heeft iets van magie. Maar bij magie denken we toch meestal aan het teweegbrengen van een beoogd effect. Terwijl ik meestal vantevoren niet weet welk effect er optreedt. Ook achteraf niet. Het is meer een blind vertrouwen dat er iets gebeurt.
Maar wat er nu gebeurt, dat kan ik je meestal ook niet vertellen. Niet uitleggen, niet verklaren. Het is meer dát er iets gebeurt dan wát er gebeurt. Als ik mijn blogs zou uitleggen, dan zou ik de zinnen openklappen, uitplooien naar de langere verhalen die ik ermee recapituleer. Maar daar ging het me niet om. Het gaat meer over die volgende stap.
Misschien kan ik het een beetje uitleggen met behulp van het Latijn. De volgende stap is passus secundus, waarbij secundus tegenwoordig ook verwijst naar dat ultrakorte moment dat we kunnen meten, de seconde. Het heeft te maken met het werkwoord sequor, volgen. Ons woord secundair heeft er ook mee te maken. Toen ik aan het begin van deze blog de lezer zag als iets secundairs, bedoelde ik niet alleen dat hij minder was dan de schrijver, hij is ook degene die de schrijver volgt. Maar als zodanig volgt hij ook op de schrijver, hij vertegenwoordigt de volgende stap van de schrijver. De lezer is de volgende stap van de schrijver. Daarom heeft hij altijd gelijk, en daarom mag hij de schrijver op de vingers tikken.
Vergeet niet dat secundus ook nog eens voorspoedig betekent. Dat belooft nog wat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten